Valère Burnon, geboren in Marche-en-Famenne in 1998, is een veelbelovende pianist met een steeds groeiende reputatie. Als prijswinnaar op de prestigieuze internationale competities van Épinal (eerste prijs in 2019), Bremen (eerste prijs in 2021), Long-Thibaud (“Prix Révélation” in 2022) en Viotti (tweede prijs in 2023), betovert hij de Europese podia met zijn gepassioneerde en gedetailleerde 
interpretaties en zijn grote muzikale rijpheid in constante zoek naar vocaliteit en expressie. Zijn grote veelzijdigheid en zijn rijke en gevarieerde repertoire stellen hem in staat om niet alleen als solist op te treden, maar ook in verschillende kamermuziekensembles en met gerenommeerde orkesten, waaronder het Koninklijk Kamerorkest van Wallonië, het Sinfonia Varsovia, het Nationaal Orkest van België, het Filharmonisch Orkest van Luik en de Symfonische Orkesten van Milaan en Metz. Hij heeft opgetreden in de Filharmonieën van Keulen, Luik en Luxemburg, de Salle Cortot in Parijs, de Studio 4 van Flagey in Brussel, de Tonhalle in Düsseldorf en de Historische Stadthalle in Wuppertal.
Tot nu toe heeft Valère twee cd's uitgebracht. Zijn eerste, uitgegeven bij “Azur Classical” in 2020 en geproduceerd met de Belgische pianist en componist Luc Baiwir, richt zich op Claude Debussy, Sergej Prokofjev en Sergej Protopopow, een onbekende Russische componist wiens Preludes opus 32 nog nooit waren opgenomen. Zijn tweede cd, “Neoteric”, uitgebracht bij “Musicaphon” in 2021 in duo met de Duitse klarinettist Andreas Hermanski, focust op de Franse componisten Francis Poulenc, Ernest Chausson en Claude Debussy, maar ook op de Scandinavische componisten Magnus Lindberg, Arvo Pärt en Rolf Martinsson.
Valère ontdekte muziek op zesjarige leeftijd via de viool. Enkele maanden later, toen zijn ouders zich realiseerden dat hij alles op gehoor kon reproduceren op een klavier, schreven ze hem in voor pianoles in Marche-en-Famenne bij Émilie Chenoy. Deze laatste opmerkte zijn zeldzame talent en stelde hem snel voor aan haar vroegere lerares Marie-Paule Cornia, die Valère bijna tien jaar lang volgde, eerst aan het Conservatorium van Hoei en daarna aan het Koninklijk Conservatorium van Luik. Tegelijkertijd zette Valère zijn vioolstudies voort aan het Conservatorium van Ciney bij Valérie Cantella, waarna hij als violist toetrad tot verschillende orkesten, waaronder het Terra Nova Orkest in 
Namen onder leiding van Étienne Rappe en het Symfonisch Studentenorkest van Louvain-la-Neuve (OSEL) met Philippe Gérard als dirigent.
In 2016 werd Valère toegelaten tot het Koninklijk Conservatorium van Luik, in de klas van Jean Schils en Marie-Paule Cornia. Daar behaalde hij zijn bachelorsdiploma in 2018 nadat hij ook had gewerkt met Étienne Rappe en François Thiry. Valère vertrok vervolgens naar Duitsland om te studeren aan de Hochschule für Musik und Tanz Köln, in de klas van Florence Millet, waar hij in 2021 zijn masterdiploma met de hoogste onderscheiding behaalde. In 2021 werd hij toegelaten tot de Accademia “Incontri col maestro” in Imola, om zijn benadering van de piano te perfectioneren bij de Oekraïense pianist en docent Leonid Margarius. Sinds 2022 is Valère ook Artist in Residence bij de prestigieuze Koningin Elisabeth Muziekkapel in Waterloo, waardoor hij kan genieten van het onschatbare advies van Frank Braley, Avo Kouyoumdjian en Jean-Claude Vanden Eynden.
Dankzij zijn liefde voor de viool, zijn eerste instrument, is Valère bijzonder gepassioneerd door het kamermuziekrepertoire, zowel in duoformaties (“Duo di Montepulciano” met fluitiste Saskia Worf, duo met klarinettist Andreas Hermanski, enz.) als in grotere ensembles zoals kwartetten of kwintetten. Zo doceert hij sinds 2022 kamermuziek aan het Koninklijk Conservatorium van Luik, waar hij zijn voormalige kamermuziek docent Jean-Gabriel Raelet assisteert.
Valère heeft zich onderscheiden in een aantal gerenommeerde pianoconcoursen in binnen- en buitenland. Onder de prijzen die hij heeft gewonnen zijn:
Naast wedstrijden heeft Valère ook deelgenomen aan talloze masterclasses in heel Europa met gerenommeerde pianisten en docenten, waaronder Victor Chestopal, Stephen Kovacevich, Rena Shereshervskaya, Claudio Martinez-Mehner, Alexander Lonquich, Alexander Staier, Bernd Goetzke, Nikolai Lugansky, Yury Martynov en regelmatiger Bertrand Chamayou en Jean-Bernard Pommier.
